Hoofdstuk 8 - Extra oefening 4

 

 
Vervoeging haber
VuVuVuo
Vink de juiste vervoeging van het werkwoord haber aan
o
xx

1.



Ik heb een huisje gehuurd
(Yo) ............ alquilado una casita.

 he
 has
 han

       

2.



 

Wij hebben een hotel gereserveerd
(Nosotros) ............ reservado un hotel

habéis
hemos
has

3.

 



 

Heb je de rekening betaald?
¿(Tú) ............ pagado la cuenta?

han
has
he

4.

 



 

Zij heeft om haar paspoort gevraagd
(Ella) ............ preguntado por su pasaporte

has 
he
ha

5.


U bent in het ziekenhuis geweest
(Usted) ............ estado en el hospital

he
has 
ha

6.



Hebben jullie een camera meegenomen?
¿(Vosotros) ............ llevado una cámara?

hemos 
habéis
has

7.



Hij heeft gesproken
(Él) ............ hablado

ha
hemos
han

8.


Ik heb laarzen gekocht
(Yo) ............ comprado botas

he
has 
ha

9.



Zij hebben in Venezuela gewoond
(Ellos) ............ vivido en Venezuela

habéis
hemos 
han

10.



U (mv) hebt een stadsplattegrond ontvangen
(Ustedes) ............ recibido una mapa de la ciudad

han 
habéis 
hemos



Uw Score =




 

 


o


o
o
o
 
o
o
 
o
o